Productiecentra kleipijpen Nederland


Alphen a/d Rijn

Amsterdam

Schoonhoven


Naast de kleipijpensteden Gouda, Rotterdam  en Amsterdam ontstonden er in de 17e eeuw nog tal van andere productiecentra. Daaronder een aantal kleine centra die louter gericht waren op de productie voor de lokale bevolking. Deels betrof dit plaatsen waar zover bekend slechts één of enkele pijpenmakers werkzaam waren. Rond het midden van de 17e eeuw was er sprake van een algemene neergang van de lokale productieplaatsen. Dit kwam door het perfectioneren van de Goudse kleipijpen t.o.v. van de meeste andere steden waar kleipijpen werden gemaakt. Vanaf 1650 veroverde de Goudse kleipijp steeds meer de totale markt in steden in Nederland. Wel werden rond die tijd in Gorinchem kleipijpen gemaakt die in kwaliteit konden wedijveren met het Goudse materiaal.
Toch waren er ook enkele steden die in het laatste deel van de 17e en 18e eeuw regionaal van betekenis waren. Een viertal centra verdient het apart besproken te worden. Dit zijn Rotterdam als belangrijk 17e eeuws centrum. Rotterdam heeft in de periode  1620-1650 een behoorlijke omvang gekend. De laatste pijpmaker verdween rond 1675 uit Rotterdam. Steden als Schoonhoven en Gorinchem hadden in de 17e en vooral de 18e eeuw wel een  marktaanvullende positie t.o.v. Gouda evenals Alphen a/d Rijn (inclusief Aarlanderveen en Oudshoorn). De laatst genoemde drie steden deden Gouda met een grote productie van kleipijpen van nagemaakte Goudse pijpen veel concurrentie aan.

Bron: Vergeten Glorie: De Economische ontwikkeling van de Nederlandse kleipijpennijverheid in de 17e en 18e eeuw (R.D. Stam).

Pagina met een overzicht van kleipijpen van andere productiecentra in Nederland:

Alphen a/d Rijn

Delft 

Gorinchem

Schoonhoven

Utrecht


Gorinchem

Utrecht